Bekrachtigen van positief gedrag

 

Om positief gedrag van leerlingen te laten toenemen, blijkt bekrachtigen beter te werken dan straffen. Probleemgedrag vermindert wanneer leerkrachten gedrags-verwachtingen aanleren, zelf voordoen, naleven en de leerlingen ‘betrappen’ als ze juist goed gedrag vertonen.

PBS werkt met een systeem van positieve bekrachtiging op schoolniveau. Een extrinsieke beloning (op de Raamdonk gebruiken wij muntjes) heeft een krachtig effect als deze:

  • wordt gegeven voor gedrag in de leerfase (als de lessen van goed gedrag gegeven worden
  • wordt gegeven voor gedrag dat voor de leerling weinig interessant is of wat weinig wordt gedaan
  • onvoorspelbaar is ‘You never know when you get a surprise’.

Het beloningssysteem: de muntjes

Op de Raamdonk gebruiken wij muntjes die we in een piekpijp sparen voor een gezamenlijke beloning. Elke klas heeft een piekpijp. Deze hangt op een goed zichtbare plek in de klas. De leerkracht spreekt met de leerlingen af hoever er gespaard moet worden om een beloning te krijgen. We hebben in elke klas samen met de kinderen besproken welke beloningen verdiend kunnen worden. Deze beloningen staan genoteerd op een “beloon-me-nu kaart”. Voor elke klas kan die kaart er natuurlijk anders uitzien. Er kan gespaard worden voor 50 muntjes (kleine beloning) of voor 100 muntjes (grote beloning). Voorbeelden van een kleine beloning zijn; met gelpen schrijven, een spelletje met de hele klas, 10 minuten kletsen enz. Voorbeelden van een grote beloning zijn; een kwartier langer naar buiten, pyjamadag, bioscoopje in de klas enz.

De leerkrachten maken een foto van de beloning en hangen deze op in de beloonboom.